zaterdag 29 januari 2011

Stoor ik?



Mijn telefoon gaat en ik neem op: "Met Annette Teeuwen,  goedemorgen je spreekt met ..... stoor ik?"

Negen van de tien telefoongesprekken die ik voer beginnen met die vraag.  Mijn standaard antwoord is, nee hoor je stoort niet. Standaard vraag, standaard antwoord.

Had je me die vraag drie jaar geleden gesteld, dan had je hetzelfde antwoord gekregen alleen dan loog ik of het gedrukt stond. Want ik nam mijn telefoon namelijk altijd op. Altijd? Ja, altijd tenzij ik in gesprek was en dan belde ik na het einde van het gesprek terug. 's avonds of in het weekend, op verjaardagen, vakantie of op feesten, ik beantwoorde elke oproep. Ik heb op de meest bizarre plekken mensen te woord gestaan en ben dan ook beslist geen voorstander van de beeld telefoon.

Mijn telefoon en ik waren onafscheidelijk tot groot verdriet van familie en vrienden. Mijn telefoon ging mee in bad, naar bed, naar de sportschool, de sauna, op wandelingen. En altijd als je (zakelijk) belde nam ik de telefoon op. De kans dat je me stoorde was vele malen groter dan de kans dat je me niet stoorde maar dat hoorde er nu eenmaal bij.  Belde je me om 12 uur 's nachts dan vroeg ik wat ik voor je kon doen.
Ik hanteerde wel een rangorde. Nummers die begonnen met 035 hadden prioriteit boven nummers die begonnen met 020 (sorry mensen van BNR) 06-nummers die ik eerder had opgeslagen boven nummers die mijn telefoon niet herkende en onderaan de lijst bungelde de zogenaamde 'privé oproepen'.  24/7 bereikbaarheid, been there done that and loved it.

En toen ging ik ander werk doen. Ik hoefde niet meer 24/7 bereikbaar te zijn.  Dat was wennen. Met de tijd ontstond het besef dat een mobiele telefoon niet altijd opgenomen hoeft te worden. Want als ik er aan terug denk hadden 75% van die zogenaamde 'kan niet wachten' telefoongesprekken best kunnen wachten. Op een wat christelijker tijdstip bijvoorbeeld of tot een maandagochtend.

Door dit besef heb ik de regie terug en neem ik alleen nog de telefoon op als je me inderdaad niet stoort. En anders? 'Spreek je bericht in na de piep, dan bel ik je terug'

zaterdag 22 januari 2011

Moment



Er komt een moment dat het besef doordringt, ze staan op eigen benen, ze zijn groot, ze zijn klaar. Nou ja, klaar ben je natuurlijk nooit, maar klaar in de zin dat je er als ouders weinig meer aan kunt doen. Dat ze opgedroogd zijn. Af qua opvoeding. En als je mazzel hebt kijk je er naar en denk je... wauw... dat is goed gelukt. Een jongeman van 23 op zijn eigen plek in de stad. Zijn eigen hut, zijn eigen nest. Die de tafel dekt en je en passant vertelt dat hij iedere avond, ook al eet hij alleen, de tafel voor zichzelf dekt. Die een pasta voor je kookt en tot je grote verbazing snippert hij verse basilicum door de saus. Die tegen je zegt dat hij zichzelf prettig gezelschap vindt. En op zo'n moment schieten woorden tekort.

vrijdag 21 januari 2011

Jokkebrokken

Ik heb er een hekel aan. Mensen die jokkenbrokken, die de waarheid niet vertellen. Nu heb ik het niet over de kleine leugentjes die ook mijn mond regelmatig uitkomen: 'Leuke jurk' terwijl het lijkt alsof je vriendin zich gekleed heeft in een verlepte theedoek. Nee daar heb ik het niet over. Ik heb het over die keiharde leugens die je op radio en tv wel voorbij hoort komen. Zoals de leugen die staatssecretaris Veldhuijzen van Zanten (Volksgezondheid, CDA) gisteren met droge ogen aan de vaderlandse pers verkondigde. Volgens de staats is de behandeling van Brandon 'de beste oplossing in de huidige omstandigheden' zo stond in het NRC van gisteren te lezen. Ook op radio en tv werd de uitspraak uitgezonden. 
Ik heb niemand horen vragen: 'Mevrouw de staatssecretaris hoe kan het dat als heel veel mensen, met heel veel verstand van zaken, zeggen dat het anders - lees - beter kan, u hier staat te beweren dat dit het beste is wat we te bieden hebben. Of bedoelt u te zeggen dat dit het beste is wat deze specifieke instelling te bieden heeft?' 


Als de staatssecretaris denkt dat dit het beste is wat 's Heerenloo te bieden heeft kan ik me daar iets bij voorstellen. Maar de onmacht van één specifieke instelling tot norm verheffen is schandalig. De behandeling van Brandon binnen deze specifieke instelling is namelijk niet het beste wat Nederlandse zorginstellingen te bieden hebben. Het kan beter, humaner, kleinschaliger, menselijker. En als ik dat al weet, hoe kan het dat een staatssecretaris met een hele batterij aan ambtenaren achter zich, daar niet van op de hoogte is?


Hoe kan het dat een staatssecretaris zonder een spier te vertrekken op radio en tv staat te liegen? Heeft dat te maken met de lobby van het (christelijke) 
's Heerenloo? Of met de 'we durven onze rug recht te houden ook bij moeilijke boodschappen' houding van dit kabinet? 
Als het laatste het geval is vind ik het tragisch dat juist hier voor deze strategie gekozen is. Blijven volhouden bij ongelijk heeft helemaal niets te maken met een rechte rug, maar alles met een bord voor je kop, stompzinnige koppigheid en misschien zelfs met onwil. En laat Brandon nou juist daar niet mee gebaat zijn.

maandag 3 januari 2011

Nuance

Vandaag een blog van @WytzeVisser, die mij toestemming gaf om deze prachtige tekst hier te publiceren. Het verwoord perfect mijn wens voor 2011


Beste Nuance. Je zit in het verdomhoekje. Je riekt naar van-alles-niks. Lak noch smak. Hebt geen gevoel voor de tijdsgeest. En wordt beschouwd als uitweg naar stilstand.

Wie communiceert houdt niet meer van jou. Zoekt per definitie de grens op van wat mag. Wat kan. En gaat er lekker overheen. Dat is immers duidelijk. Valt veel meer op. Overtuigt. Verkoopt. Denken we. Want jij bent moeilijk gedoe, Nuance.

Daarom schreeuwen we wat af. Ongenuanceerd. In voetbalstadions. Op tv. Op internet. In het parlement. Op alle plekken die zo graag ruimte geven aan Luid, Groot, Veel. Op elke plaats waar geschreeuw beter betaalt dan jij.

Vecht terug, Nuance. Vecht terug. Want de wereld is niet zwart-wit. En aan jou om te bewijzen dat ze ook niet grijs is. Vind de geest, de vorm, de woorden waarmee je kleur geeft aan de mening. Dring de schreeuw om de schreeuw terug. Zingend. Fluisterend. Desnoods in stilte. Maar hoe dan ook, laat ons alsjeblieft lachen in 2011.